Categorie: 5. Hinder?

V: Hoe zit dat met de slagschaduw?

A: Slagschaduw ontstaat als de zon schijnt op een windmolen, waardoor achter de molen schaduw valt. Als de wieken dan draaien, beweegt die schaduw ook. Die bewegende schaduw heet slagschaduw. Mensen kunnen daar last van hebben als die schaduw bijvoorbeeld over een raam van het huis gaat.
Slagschaduw ontstaat vooral in de lente en de herfst. De zon staat dan lager, terwijl de zon nog wel met enige regelmaat schijnt. In de winter staat de zon nog lager en is de schaduw langer, maar schijnt de zon minder vaak. In de zomer is er de meeste zon, maar de zon staat dan hoger aan de hemel waardoor de schaduw van de windmolen aanzienlijk korter is.
De windmolens worden uitgerust met een stilstandregeling. Zodra de schaduw over een woning heen draait vallen de wieken stil. Zo valt er niet te veel slagschaduw op een woning. In de praktijk is dat maximaal 6 uur per woning per jaar.

In Nederland gold via het Activiteitenbesluit een norm van maximaal 6 uur per jaar. De Raad van State heeft bepaald dat de onderbouwing onder deze normen niet voldoende was en het Activiteitenbesluit niet gebruikt mag worden voor de toetsing van slagschaduw van windparken. Het Rijk is nu bezig om het Activiteitenbesluit aan te passen met een betere onderbouwing van de normen. Als dat gebeurd is, mogen de normen uit het (aangepaste) Activiteitenbesluit weer gebruikt worden.